Selecteer een pagina

Barkley Marathons, Tennessee
Erg inspirerend, een lang weekend rondhangen in een National Park in Tennessee, tussen trail- en ultra-extremisten uit de hele wereld…
Barkley Marathons, luidt de officiële naam. Maar de Barkley, ook wel de Barkley 100, is de naam die het meest gangbaar is. Er is generlei sprake van een marathon, laat staan marathons, maar er zijn wel meer zaken die niet geheel verklaarbaar zijn in deze wedstrijd.

Ik zal een poging doen om in ieder geval twee belangrijke details kort te omschrijven. Barkley is de naam van de boer die jaarlijks een halve kuub ingevroren kippenpoten schenkt aan de race. De Barkleychicken wordt bevroren op de BBQ geroosterd en wordt de gehele race lang zwart van buiten en rood rauw van binnen gegeten door iedereen die rondhangt op het Barkley kampement. Het kampvuur brandt de hele race door, zolang heftige regenstormen hagelbuien en soms zelfs sneeuw het vuur niet tussentijds even doven.

Het tweede detail heet in het Engels ‘sawbrier’. Wat het precies is kan ik nog steeds niet zeggen, maar ik weet inmiddels dat het sterk op een bramenstruik lijkt, en dat grote delen van het parcours overgroeid zijn door deze venijnige apparaten. De briers veroorzaken grote schrammen op de benen, handen en het gezicht van de deelnemers. Lopers dragen daarom allemaal leren of andere stevige handschoenen.
De Barkley Marathon is iets geheimzinnigs. Een officiele site is er niet. Gegevens over de race worden alleen bekend gemaakt binnen een klein clubje mensen. Het is nauwelijks mogelijk om je in te schrijven of iets te weten te komen over deze 100 mijls race, vrijwel zeker de ‘World’s toughest trailrace’. Of het nog om trailrunning gaat is mij nog steeds niet geheel duidelijk, de winnaar en enige finisher van 2011 had iets meer dan 55 uur nodig voor de officiele 160 kilometers en ruim 16.000 hoogtemeters, waarmee hij een gemiddelde van ruim 2 km per uur haalde. Misschien is ‘trail fighting’ wel een betere term voor deze wedstrijd.

Ik zal proberen een korte uitleg te geven waarover het in de Barkley gaat.
Lazerus Lake, bijnaam van ene meneer Cantrell, organiseert sinds 1986 jaarlijks rond 1 april een wedstrijd in het Frozen Head Park. In dit park ligt ook een gevangenis, waar James Earl Ray, de man die werd veroordeeld op de moord van Martin Luther King in 1968, gevangen zat. Ray ontsnapte eind jaren 70 uit die gevangenis, en vluchtte het park in. Na 54 uur werd hij teruggevonden op een mijl of 5 van de gevangenis. Cantrell werd geïnspireerd door de 5 mijl in 54 uur en stelde dat honderd mijl in zoveel uren toch te doen moest zijn. Na jaren broeden op dit idee organiseerde hij in 1986 de eerste Barkley Marathons in het park, aanvankelijk een race van 60 mijl, maar enkele jaren later werd dit een 100 mijls wedstrijd. De deadline voor de race stelde hij op 60 uur.

Geheel in de stijl van de ontsnappingsvlucht van Ray loopt het parcours van de Barkley voor een deel over paden, maar voor een groot deel ook off road. Hoewel de bergtoppen in het park niet boven de 1100 meter uitkomen weet Cantrell extreme hoogteverschillen te realiseren, door nauwelijks een meter vlak terrein op te nemen in de race. Deelnemers, maximaal 35 per jaar, vertrekken vanaf een campsite midden in het park, bij de yellow gate. Ze lopen ‘loops’ van officieel 20 mijl. De schattingen over de werkelijke afstand per ‘loop’ lopen uiteen van 20 tot 26 mijl (dat is een marathon). Waarschijnlijk past de afstand van de Barkley daarom best in het rijtje van de moderne Amerikaanse ultra’s als Arrowhead of Badwater. Het parcours staat niet aangeven. Lopers moeten het doen met een handgeschreven parcoursomschrijving en een ‘master’ plattegrond waarop globaal de snelste weg staat aangegeven naar de vindplaats van de 10 boeken, waaruit de deelnemers per ‘loop’ hun ‘loop’pagina scheuren. Die omschrijving geeft ieder deel van het parcours een naam. Zip line, Big Hell, Testicle Spectacle, Rat Jaw en Bad Thing zijn enkele van die namen.

De tijdslimiet voor een loop is 12 uur voor een 100 mijler. Mocht je voor drie rondjes gaan – de Funrun- dan wordt die tijdslimiet opgerekt naar 13 uur en 20 minuten per ronde. En Laz is streng: Wie bij de aankomst na een ronde een pagina mist mag niet verder in de volgende loop, en de tijdslimiet wordt meedogenloos gehandhaafd. Drie seconden te laat is te laat. Onverbiddelijk volgt dan een DNF. Om die DNF muzikaal te omlijsten spelen Laz of zijn zoon op een bügel een dodenmars. Dat is bij de eerste uitvallers nog wel geestig, maar bij de DNF’s in loop 3 klonk het toch wel een beetje naargeestig… Enne, geloof het of niet, maar ook voor de Funrunners klinkt na 3 loops de dodenmars. Volgens Laz’s spelregels staat ‘quiten’ na de Funrun gelijk aan een DNF.

De wedstrijd begint op zaterdag die het dichtst bij 1 april ligt tussen 0.00 uur en 12.00 uur. Een uur voor de start kondigt een lange hoornstoot op een grote schelptoeter de aanstaande start aan. Gemiddeld klinkt de schelp om een uur of zes in de ochtend, maar dit jaar schrok iedereen om 0.07 uit zijn slaapzak. Na de schelptoeter schalde een gemene lach van Laz over het kampement. Om 1.07 maakte de racedirector het startsignaal, door het opsteken van een sigaret. En weg waren de lopers!

Starten in de Barkley is één ding, maar hem uitlopen is van een heel andere orde. Tot aan de start in van de Barkley 2011 wisten slechts 9 man de wedstrijd te finishen…. Dat is ook niet de bedoeling van de sarcastische racedirector, die de race ieder jaar iets zwaarder maakt, om het aantal finishers beperkt te houden. En dat werkt. Meestal kent een Barkleyjaar geen finisher. De eerste lopers kwamen na ruim 9 uur binnen van hun eerste rondje. Uiteindelijk gingen 22 lopers de tweede ronde in en finishte negen lopers de Funrun. Twee man gingen ‘loop’ 4 in, maar een van hen haakte af na een halve ronde. Brett Maune ging door en voltooide ook die vierde loop in 44 uur, waarmee hij op Barkelyrecordschema lag. Op dat moment kwam een parkranger melden dat er halverwege het parcours een stevige bosbrand woedde. Het parcours werd iets verlegd om het Brett mogelijk te maken ook de laatste ronde te slechten. Een half etmaal later, na ruim 56 uur kon de tiende finisher van de Barkley 100 in de boeken worden geschreven.

Tot zover een kort feitenrelaas. Het zal me nog wel een tijdje kosten om de Barkley te verwerken. Zelfs als toeschouwer was het erg indrukwekkend. Trail running heeft voor mij na door de Barkley een andere dimensie gekregen. Wat nou, goed gemarkeerde trailruns, exact gemeten afstanden, goede verzorging onderweg en snelle tijden. De Barkley is puur. Dit was hardcore trailextremisme. Niks GPS, niks blitse renpakjes, niks gelletjes. Rivierwater zuiver je met jodiumpillen en kaart en kompas maken verdwalen onderweg minder waarschijnlijk. En na twaalf uur lopen pak je een boterham uit je eigen achterbak.

Deelnemers hadden stuk voor stuk een indrukwekkende staat van dienst. De Nolan 14, Hardrock, Leadville, Arrowhead, Western States, Badwater de Spartathlon (allemaal vrij bizarre wedstrijden over minimaal 160 km) en nog wat andere extreme uitspattingen tooiden de shirts en ander finishers textiel van veel volk op de campsite. Verder hebben alle tien finishers uit de geschiedenis wel een of ander multiday trailrecord op hun naam staan. En toch was de sfeer er zeer gemoedelijk en broederlijk. JB, de finisher van 2010 (nummer 9 in de historie van de wedstrijd) hielp mij bij het ‘crewen’ voor Kent, een Deense deelnemer: in de periode tussen twee ‘loops’ de loper voorzien van eten en drinken en zijn rugzak opnieuw pakken, batterijen van de hoofdlamp vervangen, water bijvullen, nieuwe sokken regelen… En hulp ontvangen van de winnaar van vorig jaar, die je vieze sokken na 12 uur helpt uittrekken, is voor een deelnemer mentaal een flinke oppepper, en waanzinnig mooi om te zien. Finishers van de Barkley hebben eeuwige heldenstatus in het Amerikaanse trail en ultrawereldje, maar blijven down to earth. Zij weten als geen ander, dat iemand die er alleen voor staat, geen kans maakt in de Barkley!

Door: 100% MIG

 

Splash this around